65 jaar Land Rover – onvergetelijke verjaardag

De 65ste verjaardag van Land Rover is niet onopgemerkt voorbijgaan. Exact 138 voertuigen waren op ‘Packington Estate’ verzameld om de productiegeschiedenis van dat Britse merk te illustreren. De meeste modellen waren chronologisch opgelijnd in een statische show, andere stonden startklaar voor een korte rondrit over verharde en onverharde wegen van het domein. En als passagier gingen we het water op met de amfibische Ninety.

Tekst: Jan Van Geel – Foto’s: Jan Van Geel / Michel d’Awans

Dat Land Rover zijn 65ste verjaardag op ‘Packington Estate’ vierde, was geen toeval. Het domein ligt maar vijf kilometer van de fabriek in Solihull, en in de periode 1947/48 werden daar de prototypes getest. Het domein omvat ook ‘Packington Ford’, waar Land Rover zijn voertuigen in het water testte. Pas in de jaren ’70, toen ook de prototypes van de Range Rover getest waren, zocht Land Rover andere testterreinen.

Land Rover had een vol, gevarieerd en verrassend programma uitgewerkt om zijn 65ste verjaardag te vieren. Vanop de lange oprit naar ‘Packington Hall’ vallen eerst de tien zwarte Defenders 1 van de speciale serie LXV op. Wie nog wat thuis is in Romeinse cijfers, herkent hierin natuurlijk het getal 65, en kan meteen de link met de verjaardag leggen. Vijf jaar geleden vierde Land Rover de 60ste verjaardag ook al met een speciale reeks, de SVX.

Behalve standaard productievoertuigen telden de ‘static displays’ ook heel wat zeldzame en unieke exemplaren. Die kwamen uit de eigen collectie van Land Rover, de ‘Dunsfold Land Rover Collection’, het ‘Heritage Motor Centre’ en van privéverzamelaars. In het hoekje met de ongewoonste Land Rovers stonden een Llama-protoype 2 met een cabine uit glasvezel, een Big Lightweight, 3 de unieke OTAL 4 (One Ton Amphibious Land Rover), een zeldzame ‘Forrest Rover’ 5 en een 129” pick-up. 6 Van die laatste zouden vijf exemplaren gebouwd zijn voor tests door het Belgische leger.

Een Range Rover-ziekenwagen 7 en Series III’s en Range Rovers van de brandweer 8 + 9 – al dan niet met zes wielen – mochten evenmin ontbreken. Recenter en op basis van de Defender waren een wiebelende Defender 130 ‘Cherry Picker’ – ‘hoogwerker’ 10 in het Nederlands – en een Defender 110 kampeerwagen van Dormobile. 11 Nooit eerder zagen we de gepantserde Discovery 4 12 en de ‘Buttercup’, de gele 112” Forward Control takelwagen. 13 Bekend uit de Land Rover-boeken is de Series III uit 1982 in gepolijst aluminium 14 met gechromeerde bumpers en velgen en doorzichtige deuren en motorkap. Een ereplaats had de nieuwe Range Rover Sport 15 gekregen, want die stond voor de tent met de koninklijke Land Rovers.

Wie ‘Land Rover zegt’, zegt meteen ook aan ‘avontuur’, en meer bepaald ‘Camel Trophy’. 16 Een ‘Darien Gap’ 17 Range Rover van de ‘Trans-Americas Expedition’ mocht evenmin ontbreken. De aanwezigheid van een Wildcat, 18 EXR en EXR S onderstreepten de samenwerking tussen Land Rover en  Bowler. En half verborgen onder een camouflagenet ontdekten we ook nog een Defender 110 E-WMIK 19 (Enhanced Weapons Mount Installation Kit).

De testritten

Wij keken vooral uit naar de testritten, want zelden krijg je de gelegenheid om op één dag met een reeks voertuigen rond te rijden die elk tussen 64 jaar en enkele weken oud zijn. Om de chronologie te respecteren, wrongen we ons eerst achter het stuur van een Series I 32 uit 1949. Inderdaad: wrongen, want alleen zo vind je als 1,90 meter lange bestuurder een plaatsje op het veel te kleine zeteltje. Voor de rechterelleboog was er wel genoeg ruimte omdat de zijruiten verwijderd waren. Gelukkig scheen er voor de rit een aangenaam lentezonnetje, want ook de softtop ontbrak en de voorruit was neergeklapt. De derde passagier klampte zich vast aan het reservewiel dat tegen de tussenwand geschroefd is. Er is wel een derde, centraal stoeltje voorin, maar met een middentunnel en een versnellingspook tussen de benen biedt dat extreem weinig zitcomfort.

Het rijden met de Series I was geen prettige ervaring. Niet alleen omdat de versnellingsbak, waarvan alleen de derde en vierde versnelling gesynchroniseerd zijn, zo onprecies schakelde, maar ook omdat lange benen in een onwaarschijnlijk scherpe hoek moeten om te ontkoppelen. De 1,6-liter viercilinder van deze oude Series I met permanente vierwielaandrijving heeft echter genoeg koppel om in drie en vier te blijven rijden zodat je de versnellingspook en het koppelingspedaal met rust kunt laten. Het veercomfort op de onverharde wegen viel vooral op door zijn afwezigheid: ondanks de drie passagiers vertikten de stugge bladveren het om zelfs in putten en op bulten te doen wat ze moesten doen: in- en uitveren. Kortom: de Series I is definitief van ons verlanglijstje geschrapt.

Dat laatste geldt ook voor de 101 met zijn onhandig geplaatste schakelpook en extreem gebrek aan knieruimte. De vering is weer keihard, en dat lijkt wel typisch voor de militaire versies: ook de Lightweight 20 uit 1983 doet niet de minste moeite om oneffenheden op te vangen. Het is wel de eerste Land Rover van onze testritten die zich dankzij zijn gesynchroniseerde versnellingsbak vlot laat schakelen. Dat geldt ook voor de Series III 109” met tropendak, die ook nog het gevoel geeft een werkende vering te hebben. Van de ritten met de Series-modellen blijven ons vooral het vage stuurgevoel, de niet altijd even precies schakelende versnellingsbakken, de stugge vering en het gebrek aan (been)ruimte bij.

Daarna slaan we 18 jaar over en stappen we in een Range Rover ‘30th anniversary’ 21 uit 2001. Met zijn V8, automaat en comfortabele ophanging is dat die namiddag de eerste Land Rover die als een moderne wagen rijdt en aanvoelt. Ook de Discovery Series II G4 22 uit 2003, met V8 en automaat, herinnert in niets meer aan de robuuste maar rudimentaire voertuigen die Land Rover aanvankelijk bouwde. Met de amfibische Ninety 23 uit 1989 mogen we niet zelf rijden. Nadat we allemaal een zwemvest aangetrokken hebben, laten we ons dan maar als passagier op de forellenvijver rondvaren.

Farmer’s friend

In 1948 debuteerde de eerste Land Rover als ‘farmer’s friend’. Met de drie aftakassen, de permanente vierwielaandrijving en de terreinreductie voor stapvoets rijden hielden de eerste modellen het midden tussen een compacte tractor en een compromisloze terreinwagen. Speciaal voor die gelegenheid had Land Rover een schuurtje met erin een aanhangwagen 24 die speelgoedverzamelaars als de Dinky Toys 341 kennen, en ervoor een Series I met maaier. 25 Op een veldje mochten we twee voren ploegen, eerst met een Series I zonder deuren 26 en daarna met een moderne Defender 33.